Het Europees Ruimteagentschap ESA werkt samen met ULB-er Vinciane Debaille van het Laboratoire G-Time. Ze is daarmee één van de vijf Europese experts die hun medewerking verlenen aan de Amerikaanse marsmissie van de marsrover Perseverance, die in februari op mars moet landen.
Debaille zal deel u itmaken van het wetenschappelijk comité en bijdragen aan de technische operaties van de marsrover. Het gaat dan onder andere over het besturen van de rover, de behandeling van de verzamelde data, het documenteren van de observaties en de planning van de analyse van de gegevens die de rover binnenbrengt. Ze moet mee hbeslissen over waar en hoe de rover monsters moet verzamelen.
Perseverance vertrekt tussen 30 juli en 15 augustua naar mars en moet normaal op de rode planeet arriveren in februari. Hij zal er mineralogische en chemische analyses uitvoeren, pogingen ondernemen om de geologische opbouw van zijn landingsplaats, de Jezerokrater, in kaart te brengen. De relatief kleine Jezerokrater ligt op de rand van de derde grootste krater op mars. Perseverance moet een dertigtal bodemmonsters bij elkaar zoeken die door het toetel worden opgeslagen in metalen kokers. Bedoeling is om de stalen over vijf tot tien jaar tijdens een nieuwe onbemande missie te gaan oppikken en mee terug naar de aarde te brengen.
“Omdat het aantal monsters die naar de aarde terug kan beperkt is, moeten we goed nadenken waar we welke monsters nemen”, zegt Debaille. “De bemonstering zal gebeuren in functie van de vragen die we beantwoord willen zien.”
Twee vragen zijn daarbij fundamenteel: is of was er ooit er leven op mars. En hoe zit het met de geologische en vulkanische evolutie van de planeet? “We hopen toch enkele van de monsters naar Europa te krijgen”, zegt Debaille. “En wie weet, misschien komt er ook nog een monster voor analyse naar de ULB.”