Een onderzoeksteam van het Kenniscentrum Gezinswetenschappen van hogeschool Odisee (Campus Schaarbeek) bevroeg eind 2018 in Brussel 277 toekomstige ouders en ouders met kinderen tussen 0 en 6 jaar. Ze interviewden ook 31 medewerkers van 20 Brusselse initiatieven. Centraal daarbij stond de vraag of ondersteunende diensten en organisaties voor ouders en toekomstige ouders voldoende bekend waren bij het grote publiek en of die er dan al dan niet gebruik van maakten.
“Uit onze bevraging blijkt dat het aanbod bij Brusselse ouders nog te weinig bekend en moeilijk bereikbaar is”, legt onderzoeker Simonne Vandewaerde uit. “De helft van de ondervraagde ouders (53,8 procent) zegt dat ze niet geïnformeerd werden over hulp- en ondersteuningsinitiatieven. Organisaties kaarten dan weer aan dat vooral kwetsbare ouders de weg naar gepaste en betaalbare ondersteuning moeilijk kunnen vinden of dat die niet voldoende aanwezig is.”
“We zien duidelijk de reële nood aan preventieve gezinsondersteuning,” zegt Vandewaerde. “Negen op de tien bevraagde gezinnen wil informatie, ondersteuning of advies over de opvoeding (85,4 procent) en over de ontwikkeling van hun kinderen (91 procent). Ook de vragen naar ondersteuning op het vlak van opvang en vrijetijdsbesteding komen bijzonder vaak voor (tot 92 procent).”
Specifiek voor kwetsbare ouders en kinderen zien organisaties vooral een grote nood aan psychosociale steun en maatschappelijke dienstverlening. De komende twee jaar gaat het Kenniscentrum Gezinswetenschappen van Odisee, met financiële steun van de VGC, aan de slag om het gezinsondersteunende aanbod in Brussel te versterken. In drie wijken van de gemeente Molenbeek (Hertogin, Historisch Molenbeek en Weststation) zal Simonne Vandewaerde, samen met Brusselse diensten en organisaties, en partners van het Brusselse Huis van het Kind, inzetten op een toegankelijk ondersteuningsaanbod.
Elke Van den Brandt, voorzitter van het VGC-college, ziet dat als volgt. “Uit het onderzoek blijkt dat gezinnen niet altijd de weg vinden naar de geschikte zorg. We willen ons zorgaanbod nog toegankelijker maken, door de dienstverlening te organiseren op plaatsen waar de gezinnen zich bevinden. De spil in ons beleid is het Huis van het Kind, waarin we de dienstverlening zoals consultatiebureaus, opvoedingsondersteuning, ontmoeting of zelfs uitleendiensten voor babyspullen, samenbrengen op één locatie. We brengen voorzieningen met elkaar in verbinding, zodat mensen met een bepaalde nood toch bij de juiste zorg terechtkomen, ook al kloppen ze zelf niet meteen bij de juiste dienst aan. Op die manier maken we onze werking toegankelijker voor alle Brusselaars die het nodig hebben.”
De studie kwam er in opdracht en met financiering van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC),