Image default
TerreBiologieClimattelex

Des crapauds « obstétriciens » relâchés au sud de Bruxelles

Ce contenu est uniquement disponible en Néerlandais.

In een poel in Neerijse, ten zuiden van Brussel, heeft het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) vandaag dertig kleine vroedmeesterpadden uitgezet op een terrein van Natuurpunt. De dieren komen uit Linkebeek waar het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) een kweekprogramma heeft opgezet om de soort in Vlaanderen te redden. Dat gebeurt met larven van dieren uit Nederland, Wallonië maar ook uit Vlaanderen. Het uitzetten van de soort is een Europese primeur.

Vroedmeesterpadden zijn kleine padden die voornamelijk op het land leven. Bijzonder aan de soort is dat de mannetjes de bevruchte eiersnoeren op de rug dragen, tot ze uitkomen, en ze door de vader in het water worden uitgezet. Tijdens de paartijd lokken de mannetjes de wijfjes met een geluid dat nog het meeste wegheeft van een zacht gepingel. Vlaanderen is de noordwestelijke grens van het verspreidingsgebied van de soort, maar door het verbossen van hun biotopen of het volledig verdwijnen ervan, raken de relatief kleine populaties, die verspreid leven in de zuidrand van Brussel, in sommige delen van Vlaams Brabant, Limburg en in de Voerstreek, genetisch uitgeput. De populaties dreigen met andere woorden door inteelt ten onder te gaan.

« Vroedmeesterpadden zijn eigenlijk cultuurvolgers », verduidelijkt Dries Desloover (ANB). « Je vindt ze typisch in steengroeven of onder oude schuren, in de buurt van open poelen en waterpartijen waar weinig of geen vissen zitten, die hun larven kunnen opeten. Ze hebben ook warmte nodig en verkiezen goed door de zon beschenen biotopen met weinig begroeiing. Concreet voor Vlaanderen en Brussel zijn dat meestal zuiderhellingen. »

Omdat de bestaande populaties vaak genetisch niet meer voldoende gediversifieerd zijn door hun langdurige isolatie van andere paddengroepen, moesten de paddenkwekers op zoek naar nieuw bloed. Ze lieten daarvoor door Nederlandse collega’s dieren afvangen in Nederlands Limburg, en door Belgische collega’s in Wallonië en in sommige Vlaamse populaties. Om de beschermde soort te mogen vangen en transporteren, was een ontheffing nodig van het vang- en vervoersverbod.

De dieren uit de nieuwe bronpopulaties werden onderworpen aan een genetisch onderzoek en gecontroleerd op ziektes en vervolgens in kweek gezet. De vroedmeesterpadden die nu worden uitgezet zijn nog niet het resultaat van die kweek: enkel het overtal dat aanwezig was in de kweekpopulatie krijgt nu al een nieuwe bestemming. Het betreft larven die al in die mate hun metamorfose hebben doorgemaakt, dat ze al volledig op het land kunnen overleven. De eerste echte gekweekte vroedmeesterpadden worden pas voor het volgende seizoen of in 2021 verwacht.

Alles samen worden vandaag dertig gemetamorfiseerde larven uitgezet. Op het einde van het kweekprogramma beogen Natuur en Bos en INBO niet minder dan tien populaties te voorzien van telkens tweehonderd nieuwe vroedmeesterpadden. De toekomstige uitzettingen zullen, naast deze in in Neerijse, verspreid gebeuren over locaties met bestaande kwetsbare populaties, onder andere in Huldenberg, Sint-Genesius-Rode, Voeren en Borgloon.

Met het soortenbeschermingsprogramma bundelen een aantal partners (ANB, INBO, Natuurpunt en het Regionaal Landschap Dijleland) hun krachten om met Europese steun (Life BNIP) de bedreigde paddensoort nieuw leven in te blazen. Streefdoel is op termijn twintig populaties te hebben, met telkens tweehonderd roepende mannetjes en daarmee de soort niet alleen te redden, maar ook hun overlevingskansen op langere termijn te garanderen. .

Dat voor de eerste uitzetting Neerijse gekozen werd, is geen toeval. De locatie ligt centraal in gebied van uitgestrekte Brabantse wouden en bossen. De regio ten zuiden van Brussel en Leuven, die ingesloten ligt tussen Hallerbos, Zoniënwoud en Meerdaalwoud, heeft veel troeven om de vroedmeesterpad een reële kans op overleven te geven: zonnige valleihellingen, poelen, stenige gronden en boerderijen met schuurtjes om bij te schuilen. Bovendien lopen er in en rond die Brabantse wouden verschillende projecten die het landschap versterken en ontsluiten. Die initiatieven, waar verschillende organisaties en overheden bij betrokken zijn, versterken het leefmilieu van de dieren en verkleinen de kans dat populaties geïsoleerd geraken.

Le choix de l’école est principalement un privilège des classes moyennes

frans

Depuis 50 ans, l’IRM surveille l’ozone au-dessus de la Belgique

Christian Du Brulle

Avant le confinement, deux enseignants sur trois ne disposaient d’aucune expérience en matière d’éducation à distance

frans